Doelwoord analyseren in klankgebaren Copy

Nadat de doelwoorden allemaal aan bod zijn gekomen in de introductie, worden de vier deelvaardigheden per doelwoord getraind. De vier deelvaardigheden betreffen (1) het automatisch herkennen van het doelwoord, (2) het woord analyseren in klankgebaren, (3) het decoderen en (4) het spellen van het doelwoord.

Voorbereiding
Alvorens gestart kan worden met deze deelvaardigheid is het van belang het doelwoord uit het zicht te leggen, omdat het hier gaat om de auditieve analyse van het woord.

Analyseren van het woord in klankgebaren
Bij het analyseren van het woord in klankgebaren wordt het doelwoord middels maximaal drie onderdelen geanalyseerd. Allereerst spreekt de begeleider het woord hardop uit en vraagt de leerling het woord te analyseren in klankgebaren (al dan niet aangepast aan motorisch niveau). Wanneer een leerling motorisch niet in staat is om klankgebaren te maken, geeft de begeleider keuze tussen twee klankgebaren per klank. Vervolgens biedt de begeleider het mondbeeld van de klank aan en wordt aan de leerling gevraagd het mondbeeld zo goed mogelijk te imiteren en daarna worden de klankkenmerken bevraagd en toegelicht. Het is van belang dat aan leerlingen die niet of nauwelijks spreken wordt uitgelegd hoe klanken gevormd worden om meer kennis te krijgen over de klanken. Tot slot kan een logopedist eventueel een PROMPT geven per klank. Deze onderdelen zijn nodig om de innerlijke spraak te ontwikkelen, waardoor het voor de begeleider en leerling zichtbaar wordt welke klanken en klankopeenvolgingen in het hoofd gehoord worden. Het aanbieden van deze drie onderdelen is afhankelijk per leerling. Klik hier voor uitleg.

Mate van hulp
Wanneer niet het juiste klankgebaar wordt gemaakt of gekozen, wordt least-to-most prompting ingezet om tot het juiste klankgebaar te komen. De volgende mate van hulp wordt geboden:
1) Het doelwoord wordt verlengd uitgesproken
2) Het klankgebaar van de eerste letter wordt gemaakt met spraak
3) De klankgebaren van alle letters worden gemaakt met spraak

Zodra een verkeerd klankgebaar wordt gekozen, wordt hulp op maat geboden. Op deze manier wordt voorkomen dat er foute klankgebaren worden gekoppeld aan de klank.

Foutenanalyse
Je maakt de foutenanalyse op basis van de klankgebaren die het kind in eerste instantie kiest. Er kan mogelijk worden gekeken naar de positie van de klank in het woord of naar de klank zelf.

Video toelichting

Samenvatting

Klankkenmerken
Wat doet de stem (met stemgeluid of zonder)?
Wat doet de tong (welke positie in de mond)?
Wat doen je kaken (open, dicht)?
Wat doen je lippen (rond, breed)?

Kijk bij de bronnen voor uitleg van de klankkenmerken per klank.

PROMPT
Naast de auditieve en visuele input en het laten voelen bij de begeleider wat de klankkenmerken zijn, is het mogelijk om gericht gebruik te maken van tactiel-kinestetische-proprioceptieve input aan de oro-motorische structuren. De methode om systematisch deze input te manipuleren heet PROMPT en betekent Prompts for Restructuring Oral Motor Phonetic Targets. Logopedisten hebben de mogelijkheid om een cursus te volgen om een PROMPT te kunnen aanbieden bij de leerling. PROMPT’s faciliteren de ontwikkeling van nieuwe motorische plannen en helpen de motorisch spraak-subsystemen te balanceren.

Binnen de LOeS-werkwijze is het mogelijk dat de geschoolde logopedist Parameter PROMPTs gebruikt om houdingen te stabiliseren en om een brede organiserende basisondersteuning te geven. Deze Parameter PROMPTs zijn gericht op controle van een enkel element (zoals stemhebbend of stemloos) of een enkel bewegingsvlak (positie kaak, spreiding of ronding mond).

Uitleg waarom er bij het analyseren van het doelwoord in klankgebaren verschillende manieren kunnen worden aangeboden om het fonologisch bewustzijn te bevorderen.
Bij leerlingen die niet of nauwelijks spreken is de ontwikkeling van het fonologisch bewustzijn verstoord. Doordat ze motorisch geen klanken kunnen vormen, ontvangen ze minder fonologische informatie om fonologisch bewustzijn te ontwikkelen.

Deelvaardigheid 2a: analyseren van het doelwoord in klankgebaren
Bij jongere kinderen en kinderen met een verstandelijke beperking die in de voorbereidende fase of net in de aanvankelijke fase van het lezen zitten, lok je met name de klankgebaren uit en probeer je met behulp van veel voordoen en herhalen om leerlingen te leren dat bepaalde klanken horen bij bepaalde klankgebaren en dat daar een letter bij hoort.

Deelvaardigheid 2b: analyseren van het doelwoord in klankgebaren, imiteren van het mondbeeld en uitleg geven bij klankkenmerken.
Wanneer kinderen wat ouder worden en cognitief wat rijper zijn, dan is het belangrijk om multi-sensoriële kanalen in te zetten. Dus naast het vertalen van de klanken in klankgebaren ook het imiteren van het mondbeeld van de begeleider (voor zover motorisch mogelijk) en het beantwoorden van vragen over klankkenmerken. Wat moet de stem doen bij een bepaalde klank, wat doen de tong, kaken en lippen? Hoe breder de kennis is over de wijze van uitvoeren van een klank, hoe makkelijker het voor een kind wordt om de innerlijke spraak te kunnen aanspreken en bevorderen. Daarnaast kunnen door getrainde logopedisten ook nog PROMPT’s worden uitgevoerd die een kinesthetisch tactiele prikkel geven waardoor leerlingen voelen welk motorische handeling ze zouden moeten uitvoeren wanneer ze zouden spreken.

Dus afhankelijk van de cognitieve mogelijkheden van een kind worden naast klankgebaren ook mondbeelden geïmiteerd en klankkenmerken besproken en door geschoolde logopedisten PROMPT’s gegeven.